De Levende Natuur nummer 5 van 2003 (Papieren magazine)

Afbeelding

DLN 2003-5

 

 Kennis, geen macht.

Klinken, A.C. van

 

 Mycorrhizapaddestoelen als leidraad voor beheeradviezen voor bossen op voedselarme zandgrond.

Ozinga, W.A. & E.J.M. Arnolds

Doordat de ondergroei van bossen op voedselarme zandgronden arm is aan hogere planten, hebben terreinbeheerders weinig houvast bij de planning en evaluatie van beleid en beheer. De betekenis van deze bossen komt vooral tot uiting in de aanwezigheid van een groot aantal soorten mycorrhizapaddestoelen. Door hun hoge soortenaantal en hun hoge indicatieve waarde geven ze beheerders meer informatie. In dit artikel wordt ingegaan op de mogelijkheden en beperkingen van het gebruik van mycorrhizapaddestoelen bij vegetatiekarteringen ten behoeve van natuurbeheer, met een kartering van het Dwingelderveld als voorbeeld.

 

 Opsporen en beschermen van de belangrijkste paddestoelterreinen in Nederland.

Brouwer, E. & M.J. van Tweel

Paddestoelen worden vaak geassocieerd met bossen. Dit is grotendeels terecht want veel soorten zijn aan bomen gebonden. In dat licht is het verrassend dat slechts een klein deel van de 200 beste paddestoelgebieden zich bevindt in bekende bosgebieden zoals de Veluwe. Daarentegen blijken landgoederen, lanen en kustduinen van groot belang te zijn. Dankzij de Nederlandse Mycologische Vereniging (NMV) zijn meer dan 1 miljoen waarnemingen van paddestoelen verzameld en is een goed beeld verkregen van de verspreiding en de mate van voor- of achteruitgang van de ongeveer 2000 grotere soorten. De Commissie Paddestoelen en Natuurbehoud (CPN) van de NMV heeft met behulp van het waarnemingenbestand de best ontwikkelde groeiplaatsen voor paddestoelen achterhaald: de mycologische kroonjuwelen. Tevens worden praktische tips gegeven voor een paddestoelvriendelijk beheer.

 

 Nederland heeft het beste natuurbeleid ter wereld.

Berris, L.B.

 

 Hooilandgebruik en botanische diversiteit: is bemesting altijd een bedreiging?

Oomes, M.J.M. & A. van der Werf

Over het algemeen geldt voor het verkrijgen van een hoge biodiversiteit in hooilanden, dat deze hooilanden verschraald moeten worden. Toch kan langdurig verschralend beheer soms leiden tot afnemende botanische diversiteit; is hier sprake van een te lage beschikbaarheid van nutriënten? En is dan enige aanvoer van P en/of K in hooilanden een oplossing? Hierdoor zal ook de productie van het hooiland toenemen: een kans voor multifunctionele landbouw? In dit artikel zijn twee voorbeelden onderzocht van gevoeligheid voor diversiteit in relatie tot productieverhoging.

 

 Harmonisatie van Rode Lijsten in Europa

longh, H. de