De Levende Natuur nummer 1 van 2004 (Papieren magazine)

Afbeelding

Cover nummer 1, 2004

Cover nummer 1, 2004

De Levende Natuur

De grote droogte in Nederland: we blijven pompen!

Redactie

 

Onderzoek naar de effecten van de kokkelvisserij. De verweving van politiek en wetenschap.

Swart, J.A.A.

 

Mogelijke implicaties van de verwaarlozing van kennis over zeebodemverstoringen.

Versteegh, M.A., Piersma, T. & H. Olff

 

Bodemfauna bevordert herstel van soortenrijke graslanden.

Deyn, G.B. de, C.E.Raaijmakers & W.H. van der Putten

Voor het herstel van intensief gebruikte graslanden naar hooilanden met zeldzamere plantensoorten is vaak de eerste maatregel om de bodem te verschralen. Dit gebeurt door maaien en afvoeren, begrazen of plaggen. De resultaten blijken te variëren tussen heel positief tot negatief. In dit artikel wordt aandacht gevraagd voor de rol van bodemfauna in dit proces. Deze zou wel eens cruciaal kunnen zijn.

 

Vennen in weer en wind: lange-termijneffecten van verzuring en klimaatsverandering op chemie en kiezelwieren.

Dam, H. van & A. Mertens

In hun vorige artikel van september 1990 vermoedden de auteurs dat de toestand in de vennen zou verslechteren als gevolg van een toename van droge zomers. Dankzij voortgezette waarnemingen van chemie en kiezelwieren is het mogelijk na te gaan in hoeverre de kwaliteit van deze vennen veranderd is. Ook de Europese Kaderrichtlijn Water eist regelmatige rapportage van die kwaliteit. De effecten van klimaatsverandering en toename van neerslag in de winter worden gevolgd.

 

Maatregelen voor het behoud van de natuurwaarden in de Ouwerkerkse inlagen.

Broek, T. van den, L. Brouwer & J.W. van der Vegte

In de stormnacht van 1953 zijn de Zeeuwse Ouwerkerkse inlagen ontstaan. Door de sindsdien verminderde invloed van zoutwater gaan de natuurwaarden in het gebied achteruit. Rekeninghoudend met de caissons als tastbare herinnering aan het keren van de stormvloed is een herstelplan voor dit gebied gemaakt.

 

Over het ontstaan en de ligging van stinzenplantenbiotopen.

Baas, W.J.

Stinzenplanten associëren we vaak met slot- en buitenplaatsen. Maar ook de geestgronden achter de duinen zijn van oudsher bekende (tulpen)bollengroeiplaatsen. Hoe de historie bepalend is geweest voor groeiplaatsen van stinzenplanten met nadrukkelijke rol voor terpen, wierden en bisschoppen kunt u in dit artikel lezen. Het artikel eindigt met consequenties en mogelijkheden voor toekomstige stinzenplantenbiotopen in onder meer de jonge Flevopolders.

 

Natuurvriendelijk slootonderhoud door boeren.

Bos, L., C.J.M. Musters, B. Rodenburg & J.A. Guldemond